{articles ” Mind You Retraite” id=”3472″ }
‘I believe that the practice of medicine depends on a deep understanding between clinicians and patients, and that human understanding starts with understanding oneself.’ Zo begint Ronald Epstein zijn boek Attending – medicine, mindfulness and humanity.
Epstein is praktiserend huisarts en professor huisartsgeneeskunde, psychiatrie en oncologie aan de Universiteit van Rochester in de VS. Hij is daarnaast onderzoeker en schrijver van een van de eerste artikelen over de effecten van mindfulness. Hij toont daarin aan dat mindfulness wel degelijk effect heeft op het welzijn van artsen én op de kwaliteit van zorg door artsen. (Mindful Practice, JAMA. 1999 Sep 1;282(9):833-9, PDF). Samen met Mick Krasner leidt hij de afdeling die ‘Mindful Practice’ programma’s verzorgt.
Medische wereld onmenselijk
Zijn intrede in de medische wereld bracht bij Epstein een grote schok teweeg toen hij zag hoe hard en onmenselijk de cultuur was. Als zen-leerling was hij bekend met mindfulness en de effecten daarvan.
Naast klinische vaardigheden en expertise hebben dokters nog iets anders nodig, vindt Epstein: een vermogen om zelfbewust, aandachtig en echt aanwezig te zijn. Maar dat wordt hen niet geleerd tijdens hun medische opleiding.
’Mindful practice’ leidt tot meer veerkracht en een hoger welzijn van artsen.
Dat is niet alleen goed voor artsen, maar zorgt ook voor een hogere kwaliteit van zorg (quality of care) en een hogere kwaliteit van ‘zorgen’(quality of caring). Epstein is ervan overtuigd dat het mogelijk is, ondanks de crisis waarin de gezondheidszorg verkeert, artsen te laten functioneren door ze meer mindful te maken. Dat is de reden dat hij dit boek heeft geschreven.
Gelardeerd met vaak prachtige voorbeelden en verhalen uit zijn eigen leven en eigen praktijk, maar ook met voorbeelden uit het leven van patiënten en collega’s, laat hij in dit boek zien hoe het er op dit moment in de medische wereld aan toegaat.
De gezondheidszorg verkeert in een crisis door de toenemende druk vanuit overheid en verzekeraars. Zij willen dat alles wordt vastgelegd, dat er productie wordt gedraaid en dat artsen meten wat soms niet te meten valt. De werkdruk is hoog en artsen raken gedesillusioneerd. Maar Epstein laat met diezelfde verhalen ook zien hoe mindfulness het verschil kan maken.
Thematische opzet
De eerste vier hoofdstukken behandelen vier aspecten van mindfulness:
- aandacht (‘attending’)
- nieuwsgierigheid
- ‘beginner’s mind’
- aanwezig zijn (‘presence’)
Epstein laat de neurowetenschappelijke achtergrond én de praktische gevolgen van deze aspecten zien. Hij onderkent dat het moeilijk is deze aspecten in te zetten in een omgeving waar de externe en interne druk zo hoog is, waar veel onzeker en onduidelijk is, maar toont aan dat het mogelijk is ze te trainen.
Artsen navigeren zonder kaart
Vervolgens gaat hij in de volgende 5 hoofdstukken dieper in op een aantal typische aspecten van het dokter zijn. Hoofdstuk 5 gaat over de complexiteit van het nemen van medische beslissingen. Het is als navigeren zonder kaart. De mens is niet zo rationeel als hij denkt en goede beslissingen nemen vraagt mentale stabiliteit, regulering van emoties en een helder doel. Mindfulness helpt hierbij.
In hoofdstuk 6 staat Epstein stil bij het antwoord in de gezondheidszorg op lijden. Lijden komt niet voor in de ICD-10 of DSM-V, maar is alom tegenwoordig. Optimaal functionerende artsen kunnen luisteren naar de patiënt, hebben aandacht voor alle aspecten van deze persoon en kunnen helpen betekenis te geven aan de ervaring.
Compassie
Compassie is een schaars goed. Epstein noemt het in hoofdstuk 7 ‘the shaky state of compassion’. Mede door de technische vooruitgang zijn de menselijke kanten van de gezondheidszorg naar de achtergrond verdrongen.
Compassie heeft drie ingrediënten:
- opmerkzaamheid van andermans lijden
- resoneren met andermans pijn
- handelen om het lijden van de ander te verlichten
Met name het resoneren met andermans pijn is lastig, want artsen hebben geleerd zich terug te trekken, zich af te sluiten voor pijn. Een voorwaarde om te kunnen resoneren is aandacht en compassie hebben voor de eigen pijn en goed voor jezelf zorgen. Ook dit is te leren.
Wat gebeurt er als het misgaat?
In hoofdstuk 8 beschrijft Epstein hoe artsen en de gezondheidszorg in het algemeen op een meer gezonde en vriendelijke manier kunnen omgaan met medische fouten en de gevoelens van verdriet en verlies bij artsen. Mindfulness, zelfcompassie en het delen van gevoelens met elkaar zijn daarbij zeer behulpzaam. Artsen kunnen leren voor zichzelf te zorgen, zodat ze er juist voor de patiënt kunnen zijn.
Als de arts maar niet ziek wordt!
In hoofdstuk 10 staat hij uitgebreid stil bij ‘healing the healer’. De cijfers van het aantal artsen met burn-out zijn beangstigend hoog. Burn-out bij artsen is een urgent gezondheidszorgprobleem. Toch krijgt niet iedere arts in vergelijkbare omstandigheden een burn-out. Sommige zijn veerkrachtig.
Epstein benadrukt opnieuw dat je veerkracht kunt leren en ontwikkelen. Het is daarbij belangrijk om je bewust te zijn van jezelf en van de vroege signalen van een burn-out. Welzijn is je goed voelen, maar ook kunnen omgaan met het feit dat het leven rommelig kan zijn, niet perfect en onplezierig. Loop daar niet voor weg. Weten wat je leven zin en betekenis geeft en daar vorm aan geven helpt enorm bij het voorkomen van burn-out. Veerkracht ontwikkelen vraag intentie, oefening en discipline. Precies waar dokters goed in zijn.
Mindful gezondheidszorgsysteem
In hoofdstuk 11 laat Epstein zien dat je meer mindful wordt door aandachttraining en hij vat nog eens samen wat dat oplevert. Door neuroplasticiteit is het mogelijk ons brein om te vormen en zo aandacht te hebben voor wat er op dit moment is aan gedachten, emoties en lichamelijke sensaties.
Tot slot pleit de schrijver in het laatste hoofdstuk voor een mindful gezondheidszorgsysteem. Naast goede zorg voor de patiënt, goede gezondheid voor de populatie en lagere kosten moet de gezondheidszorg ook zorgen voor het welzijn van haar medewerkers. Dat is de grote uitdaging. Daarvoor is het nodig mindfulness te cultiveren op zowel individueel, collectief als institutioneel niveau, want ‘a cord of three strands is not quickly broken’.
Conclusie
Attending – medicine, mindfulness and humanity is naar mijn mening een heel goed leesbaar boek, vooral omdat Ronald Epstein in staat is wetenschappelijke informatie uit verschillende gebieden (neurowetenschap, psychologie, filosofie, sociologie) af te wisselen met persoonlijke, levendige, invoelbare verhalen en anekdotes.
Het bevorderen van ‘mindful practice’ in de medische praktijk is duidelijk zijn persoonlijke levensmissie, maar hij weet het belang daarvan ook uitstekend (wetenschappelijk) te onderbouwen.
Het nadeel van deze onderbouwing is dat een groot deel van het boek uit noten bestaat: 20% van de tekst. Dat leidt af bij het lezen. Dokters houden vaak van praktische tips. Het boek zou wellicht waardevoller zijn wanneer het minder noten en meer oefeningen had bevat.
Epstein heeft het verschil tussen hoe de gezondheidszorg nu functioneert en hoe artsen zouden moeten functioneren (‘master physician’) scherp neergezet. Mij bekroop tijdens het lezen soms het gevoel dat het bereiken van deze ‘excellentie’ de lat weer extra hoog legt, wat artsen naar Epsteins eigen zeggen van nature toch al doen en wat een risico op een burn-out weer vergroot.
De compassie die hij in het boek voor patiënten toont, mis ik een beetje voor de artsen. De kern van het betoog is dat mindfulness het verschil kan maken tussen de huidige gang van zaken en een broodnodige veiligere, meer humane gezondheidszorg. Maar het hoe ontbreekt. Sporadisch is er een aantal voorbeelden van oefeningen te vinden. In de appendix van twee bladzijden vertelt hij kort wat aandachttraining inhoudt met het advies zelf een mindfulnesstraining te zoeken. Mindfulness is natuurlijk niet te leren met een paar losse oefeningen.
Attending – medicine, mindfulness and humanity is niet alleen een aanrader voor alle artsen, maar ook voor leidinggevenden, bestuurders en beleidsmakers in de gezondheidszorg. Epstein laat zien dat als artsen de tijd nemen en echt aandacht hebben voor de patiënt en wat belangrijk is voor hem of haar, dat dat leidt tot betere resultaten aan beide kanten van de stethoscoop.
Het boek geeft inzicht in de manier waarop dokters denken en beslissingen nemen en hoe zij, met aandacht en mindfulness, een veilige, effectieve, patiëntgerichte, compassievolle zorg kunnen leveren. Hiermee komt menselijkheid in de zorg, zoals het hoort, weer op de voorgrond te staan.
Marga Gooren,
coach/trainer, huisarts n.p., kernteamlid Compassion for Care,
mindfulnesstrainer Centrum voor Mindfulness
marga@aqualime.nl